|
.. Grote Bos- en Duinwandeling.. . 10 ½ km |
Pdf met routebeschrijving en kaart:
Deze kun je gratis downloaden op:
Gratis App:
Topokaart Nederland.
Lengte en tijdsduur: 10½ km.
Bijna 3 uur zuivere looptijd.
Wil je ook
aandacht schenken aan vogels en planten
dan komt er tijd bij.
Zwaarte:
Lichte wandeling.
Begin- en eindpunt:
Buitencentrum Drents-Friese Wold,
Terwisscha 6a , Appelscha
Ten oosten van de parkeerplaats heb je een boslaan verhard met betonplaten.
Je ziet daar ook een wegwijzer staan die de richting aangeeft van alle wandelroutes. Loop ca. 600 m in die richting en sla dan bij een wit plaatje linksaf.
Volg de instructie op een informatiepaneel in het terrein om van witte route te wisselen naar roodwitte en later rode.
Aekingerzand (zandverstuiving en heide):
Dit is het grootste nog actieve stuifzand van Noord-Nederland. Hier laat de wind het zand nog stuiven.
Er omheen
hebben we een een grote variatie aan droog grasland en - heide met daarin alle stadia van open zand tot vastgelegd zand.
Ze hebben een sterke aantrekkingskracht op soorten die het in West-Europa over het algemeen niet zo goed doen. Zo herbergt het gebied o.a. een populatie van de Tapuit.
Om deze populatie te behouden, moet het gebied opengehouden worden. Begrazing met schapen en/of runderen blijkt bij de huidige begrazingsintensiteit onvoldoende, want op de meeste open plekken ontstaat in een mum van tijd een opslag van o.a. grove den. Ze moet regelmatig verwijderd worden.
De grote zandvlakte op het Aekingerzand is vrij toegankelijk evenals de gemarkeerde wandelroutes.
Kom echter niet buiten deze vlakte en de routes, want er broeden daar o.a. tapuiten.
een zandverstuiving met daaromheen heide en kapvlaktes in diverse stadia van successie, die
Aan de rand van het gebied bevindt zich een uitkijktoren, die in 1995 gebouwd is door leerlingen van het Bijzonder Jeugdwerk Aekinga uit Appelscha.
Grenspoel:
Precies op de grens van de provincies Drenthe en Friesland ligt de Grenspoel. Dit ven aan de rand van het stuifzandgebied Aekingerzand, is een klein juweel.
Stagnatie-ven of schijnspiegel ven: zwak zuur
Dit zijn vennen en laagten met een slecht doorlatende laag in de ondergrond. Meestal is dit keileem maar het kan ook een diepere veenlaag zijn (o.a. Grenspoel, Ganzenpoel). Boven deze slecht doorlatende laag is een schijngrondwaterspiegel aanwezig
https://www.bij12.nl/assets/beheerplan_drents-friese_wold.pdf
.
.
Vlakbij ligt het beekdal van de Vledder Aa. Ook hier is de natuur in ontwikkeling. De diepe ontginningssloten zijn gedempt, vervuilde grond is afgevoerd en het water zoekt weer zijn eigen weg. Geleidelijk keren planten en dieren, die in een beekdal thuishoren, weer terug. Ook elders in het Drents- Friese Wold liggen stuifzandgebieden, zoals het Witte Zand bij Diever. Veel stuifzandgebieden zijn in de 20e eeuw bebost, zoals het Dieverzand en de Bosberg. Daar herkent u het stuifzand nog aan de vele heuveltjes waar nu bomen op groeien.
Dit is een van oorsprong schoon en voedselarm ven en ligt aan de rand van het stuifzandgebied Aekingerzand. Dit ven heet natuurlijk niet voor niets de grenspoel.
Aekingerbroek (beekdal):
Dit is het brongebied van de vledder Aa. Het ligt ten zuiden van het Aekingerzand. Vanaf de houten uitkijktoren heeft u een prachtig uitzicht over beide gebieden. Vroeger was het Aekingerbroek een nat voedselrijk gebied met veel bijzondere plant- en diersoorten zoals zonnedauw en heikikker. In de 19e eeuw werd het gebied ontwatert en bemest voor de landbouw. Voor een goede ontwatering van de nieuwe landbouwgronden is de Vledder Aa rechtgetrokken en uitgediept. Deze ontwikkelingen waren uiteraard funest voor de flora en fauna die het moest hebben van de typische kenmerken van een beekdal, nl grote variatie in hoogte, begroeiing, voedsel en waterhoeveelheid. Na 1990 Staatsbosbeheer bezig de oude situatie te herstellen. Het beekdal is afgeplagt, afwateringssloten zijn gedempt, bomen gekapt en grazers houden het gebied open en de grond arm.
Honden:
In het broedseizoen (tussen 1 maart en 1 september) zijn honden op het Aekingerzand niet toegestaan.
Buiten deze periode zijn ze toegestaan, mits aangelijnd en op de routes.
wanneer je een schaapskudde nadert, dien je te wachten of om te keren.
Beste periode:
...
Horeca is onderweg aanwezig:
ANWB Campings:
Zie voor een overzicht anwb.nl/nederland
Wildkamperen:
Een nachtje bivakkeren ('s avonds de trekkerstent opzetten en 's morgens
weer
afbreken) is geen probleem in dit gebied.
Zandverstuivingen:
.
Uit: Oecologische Flora deel 5, blz. 160. ... |
..: |
..: |
Interessante broedvogels in het Aekingerzand: Denk aan Boomleeuwerik, Roodborsttapuit en Tapuit. Om deze populaties te behouden, moet het gebied opengehouden worden. Begrazing met schapen en/of runderen blijkt bij de huidige begrazingsintensiteit onvoldoende, want op de meeste open plekken ontstaat in een mum van tijd een opslag van grove den die regelmatig verwijderd moet worden.
|
Atlantische woestijn: |
Aekingerbroek: De diepe ontginningssloten zijn gedempt, vervuilde grond is afgevoerd en het water zoekt weer zijn eigen weg. de oorsprong (het brongebied) van het beekje Vledder Aa.
|
Uitkijktoren: |
Grenspoel: |
..: |
..: |
Stuifzand:
FOTO |
Heide: |
Slechts 19 graden en 70 procent buienkans: wat tropischer weersomstandigheden waren passender geweest voor mijn zomerse bezoek aan Noord-Nederlands eigen stukje woestijn, het Aekingerzand. Die goudgele vlek in de top van Nationaal Park Drents-Friese Wold is een van de laatste woeste stuifzandgebieden van het land. In de 19de eeuw waren nog liefst 80.000 hectaren (ongeveer 160.000 voetbalvelden) bedekt met zand. Daarvan is nog maar een schamele 2 procent over. Deze gebieden zijn de laatste twee decennia in ere hersteld, en worden sindsdien gekoesterd. De Loonse en Drunense Duinen in Brabant en het Veluwse Kootwijkerzand zijn groter en waarschijnlijker bekender, en daarom kies ik die juist niet. Ook de microwoestijn op de grens van Drenthe en Friesland moet meer dan de moeite waard zijn. Om dat met eigen ogen te kunnen aanschouwen, wil ik wel een uurtje extra in het blik zitten. Daarvoor word ik al beloond voor ik er ben. Hoe on-Nederlands stil is het hier. Over de fietspaden zoeven wat senioren op e-bikes; het pr-offensief van de provinciale VVV om de streek van het suffige imago als paradijsje voor pensionado’s te verlossen, lijkt nog niet erg aangeslagen. Ook op de Kale Duinen - zoals het Aekingerzand hier bekendstaat - heerst de rust. Zo nu en dan een mountainbiker of een plukje kinderen die verstoppertje rond de duinen spelen. Ooit gold het terrein als een topattractie, memoreert boswachter Corné Joziasse. Appelscha - even verderop gelegen- ontpopte zich als het ‘Zandvoort van het Noorden’. Voor het dorp was het zand ook een bedreiging. Bij een stevige bries dreigden hele huizen te worden bedolven. Het zand had vrij spel gekregen door het afplaggen en de overbegrazing van de heidevelden door schapen die en masse werden ingezet om de arme landbouwgronden te bemesten. Eind 19de eeuw, na de uitvinding van de kunstmest, konden de grazers vertrekken. Maar de landschappelijke schade was fors. Daarom werd in 1899 Staatsbosbeheer opgericht, dat met strakke productiebossen het zand tot bedaren bracht. Ironisch genoeg mocht de natuurorganisatie nog geen eeuw later verschillende stuifzandgebieden, waaronder de Kale Duinen, in oude luister herstellen. Daar groeit en bloeit niet bijster veel, maar bijzondere dieren als de draaihals en mierenleeuw zijn er des te meer. Als de boswachter en ik het terrein ter hoogte van het Canadameer - kunstmatig, maar prima om in te zwemmen - betreden, klinkt de alarmroep van een specht en het gemekker van schapen, die er de boel weer kort en klein mogen grazen. Dat Staatsbosbeheer een tijdje terug heeft huisgehouden, verraden de stronken van grove dennen her en der in het landschap. Die zijn blijven staan uit oogpunt van kostenbesparing, maar eveneens omdat de steeds zeldzamere tapuit - die bij voorkeur broedt in lege konijnenholen - ook niet te beroerd is om onder rottende boomwortels te bivakkeren, verduidelijkt Joziasse. Het pad leidt naar mijn bestemming: de desolate, licht golvende vlakte van de Drentse savanne. Het is niet zo moeilijk om je voor te stellen dat daar plotsklaps een poema voorbij sluipt. De hoge bewolking met gigantische klodders slagroom zorgt voor een ontnuchterend, oer-Nederlands accent. KoekepanUit dat fraaie wolkendek vielen de laatste dagen flinke hoeveelheden water, die een pokdalig patroon hebben achtergelaten. Het natte zand is goed begaanbaar. Als de zon intenser zou schijnen, dan was het afzien geweest. Het gebied is dan net een koekepan, waar woestijnachtige waarden van wel 50 graden worden bereikt, die ’s nachts ook zomaar weer tot onder het vriespunt kunnen kelderen. Ook ’s zomers! Tropische temperaturen of niet; augustus is bij uitstek de maand voor een bezoek aan het Aekingerzand. Dan bloeien verderop de plakkaten paarse struikheide. Daarvoor ben ik dik een week te vroeg. Toch is er voldoende groen om van te genieten. De ondergestoven solistische vliegdennen, waarvan enkel de breed uitgewaaierde takken dapper boven het zand uitsteken. En voor wie arendsogen heeft (of de hulp van een boswachter): vertederend kleine wilde tijm en een petite zonnedauw. Het vleesetende plantje vangt zijn vliegjes aan de oever van de Grenspoel, een van de 57 vennen in het Wold. Dwars door de ondiepe oase loopt de Drents-Friese provinciegrens. Even verderop prijkt een tien meter hoge uitkijktoren, een van de weinige bouwwerken op het - ook on-Nederlands - nagenoeg van bordjes en infopanelen verstoken Aekingerzand. Dat is een bewuste keuze, legt Joziasse uit, het gebied moet zo veel mogelijk naar wildernis smaken. Vanaf de toren kijken we in oostelijke richting uit over de Aekingerbroek, een voormalig boerengebied waar de oorspronkelijke beken weer vrijelijk mogen stromen om de ernstig gedaalde grondwaterstand van het nationaal park op te peppen. Vervolgens sjokken we terug door mul zand, waar buntgras door de armetierige grond lichtgeel kleurt. Alsof er wekenlang geen druppel is gevallen. WandelenOm vanaf het bezoekerscentrum van het Drents-Friese Wold naar en rond het Aekingerzand te wandelen, kun je de witte |
Verdere info:
https://www.trouw.nl/nieuws/op-safari-in-de-drents-friese-sahara~bf6b536d
|
Deze wandelsite is niet-commercieel, onafhankelijk en gratis. Dat is enkel mogelijk door steun van de bezoekers. Heb je zelf nog geen PayPal-rekening, dan kun je toch via PayPal vanaf je creditcard geld overmaken. Uiteraard kun je ook doneren door overschrijving op mijn |
Weet je aanvullingen en verbeteringen van deze tekst?
Graag een e-mail naar:
LAATST BIJGEWERKT : 26 -6-2021
Ooit bestond het Drents-Friese Wold uit een immense leegte waar schaapkuddes dwaalden op de uitgestrekte heide waar stuivend zand een geduchte vijand was.
Na de uitvinding van de kunstmest in het midden van de 19e eeuw was schapenmest niet meer nodig. Het graasgebied van de schapen, de heide, werd overbodig.
Vanaf dat moment veranderde het karakter van het gebied. Een groot deel van de ooit zo uitgestrekte heide en stuifzanden werd ontgonnen, waarna bosbouwers miljoenen dennen aanplantten om het stuiven tegen te gaan en om hout te produceren voor de steenkoolmijnen in Limburg. Zo ontstonden de dennenbossen rond Appelscha, in het Dieverzand en op het landgoed Berkenheuvel.
Maar sommige delen van het Wold zijn daarbij 'vergeten'. Daarom doemen er tussen het lommer ook idyllische vennen en veentjes op en valt er nog te genieten van heide en zandverstuivingen.
Begrazing door koeien en schapen zorgt ervoor dat oprukkende grassen en jonge boompjes geen kans krijgen de heide onder de voet te lopen.
Verruigde stukken heide worden geplagd, zodat het open karakter gehandhaafd blijft.
Inmiddels zijn we ruim 100 jaar verder. Het Drents-Friese Wold heeft zich ontwikkeld tot een bosgebied van formaat, compleet met diersoorten van oudere bossen als Zwarte specht en Boommarter.
door het rijpen van de bosbodem komen ook steeds meer kenmerkende bosplanten voor als Hulst, Gewone salomonszegel en Dalkruid.
Paapje:
Paapje (man): www.vogelbescherming.nl
man: witte wenkbrauwstreep ; keel en borst: diep oranjebeige.
vrouw: beigewitte wenkbrauwstreep.
In vlucht in alle kleden witte staartbasis, in tegenstelling tot de verwante roodborsttapuit.
...
...