.
... HALD . SØe ene STANGHEDE . e 1 2½ km

Inderøen:
Inderøen er en skovklædt halvø. Langs søbredden går den flotte ”Søsti” med fantastiske udsigter. Stien er anlagt af ungarske flygtninge i slutningen af 1950’erne. Halvøen rummer rester af en gammel skov, bl.a. en del 200 år gammel kroget bøgeskov.

FOTO

• .

Dollerup Bakker:
Fra 63 meters højde er der en storslået udsigt over den sydlige og østlige del af Hald Sø. Her ses tydeligt de dramatiske terrænforhold med stejle skrænter (hellingen) og slugter fra istiden.

• Uitzicht over Hald Sø vanaf Dollerup Bakker.
Het is eind augustus en de Struikhei staat in volle bloei.
• In de droge heide zie je naast Struikhei ook hier en daar een Jeneverbes.


• Het zuidelijke einde van Hald Sø gezien vanaf Dollerup Bakker.

• .

Hald Sø:
Den dybe sø var indtil 1950’erne en af Danmarks reneste søer med et varieret plante- og dyreliv. Men i de efterfølgende år blev søen mere og mere uklar og grumset. Det skyldtes tilførsel af spildevand med næringsstoffer. Algeforekomster farvede søens overflade grøn og medførte iltsvind i søen om efteråret. I midten af 1980’erne blev tilledninger af næringsstoffer kraftigt reduceret, og man tilførte søens bund ilt via slanger og dyser. I løbet af få år blev vandet tydeligt mere klart til gavn for både planter og dyr.

FOTO

• .

Udsigt ved Dollerup Bæk:
Udsigt ved Dollerup Bæk. Over Dollerup Bæk rejser sig en af de mange stejle skrænter i området. Følg den gule vandrerute til toppen og belønningen er en enestående udsigt over Hald Sø med Dollerup Bakker i baggrunden.

FOTO

• .

Dollerup:
Dit dorpje heeft wel iets weg van het dalenlandschap in Zuid-Limburg. Wel zijn de veelal droge dalen hier in Dollerup nog wat kleiner en intiemer. Je zag er ook holle wegen en asymmetrische dalen.

Stanghede:

Groot heidegebied met veel jeneverbesstruiken en oude cultuuroverblijfselen. Er vindt begrazing plaats om boomgroei en vergrassing tegen te gaan (die concurreren met de Struikhei).
Op de 2 grafheuvels "Kvindhøje" heb je mooi uitzicht. De ronde wal op de top is waarschijnlijk een oude verzamelplaats van dieren voor de veedrijvers langs de oude Hærvej.
Het heidegebied is begroeid met een mozaïek van gras, Struikhei, Blauwe bosbes en verspreidstaande Jeneverbesstruiken (in allerlei vormen). Helaas is er vlakbij een drukke, lawaaiige weg.

Stanghede is a moor with a lot of junipers in many different sculptural shapes.

The area has earlier been used of military terrain, special in the last part of the 1800 and around World War 2. On the moor there are still many trenches from that time.

Until around year 1700 great parts of Hald area was covered of forest. The population had a hard need of wood for fire. Therefore there was a ruthless exploitation on the forest, and the animals eat of the trees.
Already around year 1800 many of the forests were disappeared. On the soiled ground immigrated the moor heather, and the areas grow to moor.
The most of the old "Hald" forest disappeared and changed to Stanghede", and "Uderør" forest changed to "Dollerup Bakker”."Hald Egeskov" and "Inderøen" only survived because "Hald Hovedgård" was in charge here.
"Hald Egeskov" was run as an open nature forest, and grazing forest for the manors horses.
The forest on the "Inderø" was until 1805 an important mast forest for the manors pigs.

In the course of the 1900 the grazing stopped on several of the moor areas. The result was that the moors started to become overgrown with special oak.

Troldeslugten ( de Trollenkloof ):

Een diep ingesneden smeltwaterkloof met tot 300 jaar oude beuken.
De naam van de kloof komt vanwege de bomen hier. Die zijn zeer oud en krom. Het bos doet oerbosachtig aan, maar het is geen echt oerbos. Dat is er in Denemarken niet meer. Het is natuurbos, een bos waar de mens niet ingrijpt (er is dus geen houtoogst en geen jacht).
De meeste bomen zijn beuken, waarvan een aantal tot 300 jaar oud zijn.
Belangrijke kenmerken van natuurbos zijn:
- een natuurlijke boomsoortsamenstelling aangepast aan de standplaats. (dus verschillende boomsoorten),
- alle leeftijdsklassen ( dus ook oude bomen),
- natuurlijke verjonging (vanzelf uit zaad opgroeiend bos),
- rijke kruid- en struiklagen,
- veel dood hout (staand of liggend).

Op de bodem van de kloof zie je verschillende bronnen. Ze leveren koud, helder water aan de vijver bij Niels Bugges Kro. Bij de vijver leven drie zeldzame vogelsoorten: Grote gele kwikstaart, Waterspreeuw en IJsvogel.

• Troldeslugten ( de Trollenkloof) met natuurbos.


• Een boomruïne in de kloof Troldeslugten.